Er moeten
vandaag weer wat kilometers worden gemaakt.
Het gaat
richting Shenandoah National Park met een stop in Harrisburg om te overnachten.
Bij het opstaan,
moeten we voorzichtig de tent uit. Deze is erg nat van het vocht dat in de
lucht hangt. Door de hele hoge vochtigheid graad voelt alles heel klam aan.
Eerst maar
thee zetten en een paar heerlijke sneetjes krentenbrood als ontbijt.
Daarna alles voorzichtig inpakken en in een paar plastic zakken verpakken.
Daarna alles voorzichtig inpakken en in een paar plastic zakken verpakken.
Onderweg
als de temperatuur gaat oplopen en de zon schijnt leggen we de tent even uit en
die is dan binnen een ogenblik droog.
Dat is het
voordeel van een kleine licht tent. Hij is van het merk Walrus en we hebben hem
n 1995 bij de firma Breedeveld gekocht. Dit soort tenten haalden ze speciaal
uit Amerika voor wande l-en fietsvakanties. De tent weegt 1,8 kg.
We hebben
er al veel plezier van gehad. Af en toe een gebroken stok maar dat is dan
alles.
Om half
negen stoppen we bij Mc Donalds om de Blog te plaatsen via het gratis internet.
Zo kan de familie thuis op de hoogte blijven van ons wel en wee.
Uiteraard
ga ik voor een koffie karamel en Renée voor een ordinair kopje zwarte koffie en
dat ook nog zonder suiker brrr.
Om negen
uur is alles wat de Blog betreft klaar en gaan we op weg richting Harrisburg.
Na een uur
of drie rijden verlaten we de staat New York en gaan Pennsylvania in.
Gelijk
vinden we aan de staatsgrens het gebouw voor informatie over de staat.
We stoppen
en gaan informeren of er rond Harrisburg campings zijn anders moeten we een
Motel zien te vinden.
Een zeer
vriendelijke man is zeer behulpzaam met het zoeken.
Maar het
valt niet mee. Het is een van de laatste weekeinde voordat de scholen weer
beginnen. Iedereen wil er dan nog een even op uit met de kinderen dus zijn de
campings afgeladen vol.
De
mijnheer van de informatie belt voor ons wat rond naar campings en na een paar
keer “We zijn vol” heeft hij beet.
Het is een
camping 10 km van Harrisburg en voor tenten is het zo: wie het eerst komt het
eerst maalt. We worden aangemeld, dus erop af.
We rijden
door onder andere de staat van de Amish. We zien deze mensen steeds weer op
duiken met fiets en paard en wagen.
Het blijft een bijzonder gezicht en je waant je honderd jaar terug in de tijd.
Het blijft een bijzonder gezicht en je waant je honderd jaar terug in de tijd.
Het is
even zoeken maar uiteindelijk vinden we de camping.
De schrik
slaat mij om het hart als ik de ingang zie en er al mensen dicht bij de autoweg
hun tent aan het opzetten zijn. Weliswaar binnen de omheining maar toch.
Ik overleg
met Renée wat we zullen doen. Eerst maar naar de Receptie om te vragen of we
een vaste plek hebben doordat we zijn aangemeld.
Dat blijkt
niet zo te zijn. Ook wij moeten ergens bij de autobaan een plaatsje zien te
bemachtigen. De grond loopt daar heel erg schuin naar beneden dat betekend dat
een van ons twee buiten wakker wordt en bij een beetje pech allebei.
Bovendien
wordt er een groep padvinders verwacht die op hetzelfde stuk een plekje mogen
gaan zoeken.
We zien af
van dit circus omdat de camping ook nog naast een gigantisch pretpark ligt met
het nodige geluid en dat hebben we aan de Niagara Falls al genoeg gehoord.
Het zou
trouwens al de derde keer zijn dat we deze vakantie in de buurt van een
pretpark staan met onze mini Hilton, nee dank u.
We kunnen
zonder problemen annuleren en gaan terug naar de auto. Daar blijkt intussen al
een file gevormd te zijn van auto’s met enorme opleggers die allemaal komen
feesten.
Bij de ons
vertrouwde Mac Donalds gaan we het internet maar weer eens op, op zoek naar een
motel voor vannacht. Al snel hebben we iets van onze gading gevonden en een
half uur later zitten we heerlijk in de schaduw van een wijntje te genieten en
ligt onze tent te drogen.
Om half
zeven gaat bij mij de biologische wekker. Het is tijd om weer in de
stijgbeugels te gaan. Alles netjes inpakken, een douche nemen en dan naar het
ontbijt van motel super8.
Deze
morgen geeft het en soort pancake en een soort gevulde koek en een echte
banaan.
Dit alles
kost zeker een kwartier om het naar de binnen te werken en daarna nemen we nog
een bakje wel heel slappe koffie en bekertje jus en dan op pad naar Shenandoah
NP naar de plaats Luray. De afstand is ongeveer 147 mijl; een lekker kort dagje
voor de chauffeur.
De eerste
staatsgrens is Maryland, de tweede West Virginia en de derde is Virginia.
Soms is
het een beetje verwarrend dat een aantal staten zo smal zijn dat je er in een
oogwenk door bent.
De eerste stop is bij het visitor center van West Virginia. Aan de balie vraag ik om informatie over het Shenandoah Park. Meewarig wordt ik aangekeken. Dat ligt in de volgende staat: Virginia. Nooit geweten dat er twee van bestaan. We krijgen toch wat info en dan gaan we verder richting het volgende visitor center. Dit informatie centrum is zeker twee maal zo groot dat is zeker te wijten aan het feit dat de staat ook zoveel groter is.
De eerste stop is bij het visitor center van West Virginia. Aan de balie vraag ik om informatie over het Shenandoah Park. Meewarig wordt ik aangekeken. Dat ligt in de volgende staat: Virginia. Nooit geweten dat er twee van bestaan. We krijgen toch wat info en dan gaan we verder richting het volgende visitor center. Dit informatie centrum is zeker twee maal zo groot dat is zeker te wijten aan het feit dat de staat ook zoveel groter is.
Een wat
ouder dame met kennis van zaken legt ons haarfijn uit wat de beste weg naar het
park is en wat voor faciliteiten er in het park zijn en met een kilo of drie
folders gaan we richting Shenandoah Park.
De thuis
al uitgezochte camping blijkt een schot in de roos. Hij ligt op een derde van
het park met een lengte van ruim 100 mijl met het mooiste gedeelte ten zuiden
van ons.
Bij
aankomst worden hartelijk begroet en we vragen of er nog een plekje vrij is.
We krijgen de plattegrond mee met plaatsen waar we uit mogen kiezen en de GOLFKAR, want lopen doe je hier niet.
We krijgen de plattegrond mee met plaatsen waar we uit mogen kiezen en de GOLFKAR, want lopen doe je hier niet.
Hilarisch
zegt Renée, dat we een plaats gaan uitzoeken met een golfkar. Dat staat gelijk
als naar het toilet gaan met de auto.
We hebben
er veel lol over en er worden uiteraard foto’s van gemaakt dit moet het
thuisfront natuurlijk ook weten.
Wat later in de middag gaan we naar Wall-Mart om inkopen te doen voor het eten.
Wat later in de middag gaan we naar Wall-Mart om inkopen te doen voor het eten.
We struinen
de hele zaak door en vinden alles wat we nodig hebben, alleen ontbreekt er nog
een zakje karamelsnoepjes voor in de auto, dus nog maar weer eens door de hele
tent.
En ik (Thomas)
denk dat ik uit de verte de stelling zie waar de verpakte snoepjes liggen. Ik
stier er recht op af en op dat moment hoor ik iemand luid lachen achter mij.
Ik kijk
nogmaals goed en het blijkt dat ik op weg ben naar de zakjes kattenvoer.
Dat kan
uiteraard niet de bedoeling zijn. Renée ligt helemaal in een deuk. We kunnen
uiteindelijk nergens de snoepafdeling vinden, maar het belangrijkste: de spulletjes
voor de BBQ hebben we, dus gaan we terug naar de camping.